In de 18e eeuw kwam bij rijke buitenhuiseigenaren het kweken van exotische planten in de mode. Het ging dan veelal om planten uit zuidelijker streken. Omdat ze slecht tegen de Hollandse winter konden, werden de oranjeappelboompjes (= oranjebomen) in de winter met kuip en al in een oranjerie gezet. Hier komt ook de naam vandaan. Ook de Oranjerie herbergt planten uit Zuid Europa, uit subtropische gebieden en mediterrane planten. Er staan onder meer olijfbomen, vijgenbomen, oleanders en citrusachtigen. De planten gaan eind oktober de kas in en na ijsheiligen (ongeveer 15 mei) worden ze buiten gezet. In de zomer wordt de Oranjerie gebruikt als expositieruimte. De Oranjerie ligt in de Vormentuin. In deze tuin staan onder meer buxushagen in de vorm van kleine kippen, iepen in blokvorm en moerbeibomen.